de laatste hand leggen aan (v) (tot een einde brengen) | vollenden (v) (tot een einde brengen) |
de laatste hand leggen aan (v) (baan) | erledigen (v) (baan) |
de laatste hand leggen aan (v) (tot een einde brengen) | beenden (v) (tot een einde brengen) |
de laatste hand leggen aan (v) (baan) | fertig machen (v) (baan) |
de laatste hand leggen aan (v) (tot een einde brengen) | ergänzen (v) (tot een einde brengen) |
de laatste hand leggen aan (v) (algemeen) | letzte Hand anlegen an (v) (algemeen) |
de laatste hand leggen aan (v) (baan) | den letzten Schliff geben (v) (baan) |
de laatste hand leggen aan (v) (tot een einde brengen) | abschließen (v) (tot een einde brengen) |
de laatste hand leggen aan (v) (baan) | die letzte Hand anlegen an (v) (baan) |